Lief Arnhem, een ode aan de stad is een project waarin bekende en minder bekende Arnhemmers een ode schrijven aan de stad. Hier lees je de brief van Richard Kofi.
Lief Arnhem,
Het spijt me dat het me de laatste tijd niet gelukt is quality time met je door te brengen. Zoals je weet doe ik dat niet expres. Je zal je vast nog wel eens zorgen maken of alle meetings en projecten die ik met anderen doe, niet eigenlijk iets maskeren. Misschien vraag je je af of ik niet stiekem op de vlucht ben voor je. Ik ben op de vlucht, maar niet voor jou. Sterker nog, ik vecht voor je. Echt waar.
Je weet dat ik sinds een jaar niet meer thuis bij je ben. Eerlijk gezegd, ontloop ik je wel eens om niet herinnerd te worden aan de band die we ooit hadden. Aan de veiligheid. De rust. Ik ben bang dat de Klarendalseweg, met Sugar Hill, Engelhard en Rasta me doen terugverlangen naar toen boven de Paardenslager wonen nog een ding was. Dat als ik langs de Sonsbeeksingel loop, ik mij onze dates bij Caspar en Goed Proeven herinner. We zijn nu zoveel wijze lessen verder. Misschien blijf ik even bij je weg, omdat ik bang ben te komen en te gaan als winkeltjes in het Modekwartier. Ik weet het, deze angst is kinderachtig.
Kinderachtig, want je hebt me vaak geluk laten zien. Kleine dingen. Dat je naar me zwaait als je voorbijrijdt op de scooter. Dat je bij me langskomt in m’n atelier om te kijken hoe ik schilder. Hoe we jarenlang bij dezelfde bushalte uitstapten, maar elkaar lang niet durfden tegen te komen. Ons oogcontact bij de Dollars, The Move, 5th Avenue, Juicy Lucy en De Barron.
Tsja, ik heb wel eens dingen toegelaten waar ik het eigenlijk helemaal niet mee eens was, allemaal om je aan mijn zijde te houden. Amsterdam, Rotterdam, Leiden, Parijs en Accra. Als ik helemaal eerlijk ben, bleef ik daar wel eens wat langer hangen om even niet bij jou te zijn. Ik heb wel eens de drang gehad om sigaretten te halen en nooit meer terug te komen.
Gelukkig troostte je me op de juiste momenten met de kip van Walid, gele curry van Rung, een koffietje bij Mams. Dan weet ik het weer. Ik hou van jou. Je hebt me vroeger laten horen hoeveel verschillende woorden er bestaan voor samenzijn en voor eenzaamheid. En dat je eenzaam kunt zijn, terwijl je samen bent. Hoe iemand eruitziet die honger heeft. “Hé kunstenaar, ken jij mijn vriend Gerald Pinedo?” Je kunt meerdere personen tegelijk kunt zijn. En je verwarde mannen zijn vaak eigenlijk heel bezorgd. Bezorgd en in paniek.
Waarom je me zo aanspreekt weet ik niet zo goed. Je hebt ons verleden wel eens zo stevig vast willen houden, dat je me manipuleerde. Je hield me voor de gek om maar te lijken op wie je vroeger was. Maar het is je vergeven.
Nog bedankt voor het stukje appeltaart toen in Rijnstate, hij was lekker. Het is best jammer dat ik nooit echt aan je af heb kunnen zien hoe het met je gaat. Mijn vader had een mooie lach, bedankt dat hij bij jou welkom werd. Daardoor zijn al mijn Westlandse en Ghanese moeders, vaders, ooms, tantes, oma’s en opa’s je karakter gaan waarderen. Hun spirits zijn nu trotse Arnhemmers geworden. Wie dat niet accepteert, krijgt ruzie met me. Niemand komt aan jou, begrijp je.
Voordat ik afsluit wil ik je snel nog even bedanken voor je vlinders in Sonsbeekpark. Bedankt dat je ze me laat weten dat er nog magie bestaat. Toen ze me opzochten tijdens een potje honkbal fluisterden ze me in dat ik bij jou altijd kan ontsnappen aan de ratrace. Dat is fijn. Ik kom snel terug.
Tot snel,
Richard Kofi
Kunstenaar en programmeur Bijlmer Parktheater
Heb jij tips?
Heb jij leuke tips of opmerkingen over dit bericht? Laat het ons weten.